vrijdag 26 februari 2010

Zoetekoekbakkers

Terug naar de Steenstraat. Ter hoogte van nr. 19 bevindt zich nog steeds een bord met het wapen van de bakkers, hoewel zij hun ambachtshuis hier reeds meer dan 200 jaar geleden verkochten. Er waren toen niet alleen gewone bakkers maar ook zoetekoekbakkers. Zoetekoekbakkers! Dat dient opgezocht. "De zoetekoekbakkers, ook gezeid lyfkouckbackers, waren alhier zeer talryk. Zy zonden hunne voortbrengselen naer andere steden, en ten platte lande. De opregting der ovens te St. Thomas bragt dit ambacht geheel ten onder." Jammer maar helaas.
 
[Steenstraat 19]

Een eindje verderop was het ambachtshuis van de schoenmakers gevestigd. Het schoenmakersambacht bestond uit vier kleine ambachten: de corduaniers (maakten alleen schoenen uit kalfsleder), de kinderschoenmakers, de lappers (schoenherstellers) en de oude schoenmakers of schouboutters. Zij maekten schoenen van oud leder, maer er moest altyd eenen lap opliggen, opdat zy niet voor nieuw zouden verkocht worden. (!)

[Steenstraat 40]

Onderstaand bord vond ik ook in de Steenstraat. Een verwijzing naar Jan van Eyck die in Brugge woonde en stierf en naar verluidt een atelier had in de Gouden-Handstraat?

[Steenstraat 44]

dinsdag 23 februari 2010

Hondenleer

In de middeleeuwen had je niet alleen gewone huidenvetters (zie log van 12.2.10) maar ook kleine huidenvetters. Zij mochten alleen huiden bewerken van kleine dieren zoals... honden, katten en konijnen.  Met dat leer werden vervolgens handschoenen gemaakt. Gaia was nog veraf!
Onderstaand tekstfragment komt uit 'De ambachten en neringen van Brugge', een boekwerk van J. Gailliard uit 1854.

In de tekst is ook sprake van het niet zo edele beroep van hondenslager. Deze lieden waren door de overheid aangesteld om op het teveel aan honden (er werden massaal honden gekweekt) te jagen en ze te liquideren.  Hondenslagers waren totaal niet geliefd bij de bevolking zodat het beroep alleen uitgeoefend werd door beulen en scherprechters. "Het officie van hondenslager was te Brugge met het beulschap verbonden",  zo valt te lezen in een boek over het oude strafrecht.

vrijdag 19 februari 2010

Metselaars

De Steenstraat is niet altijd de drukke winkelstraat geweest die ze tegenwoordig is. Dat is pas begonnen halverwege de 19e eeuw toen op 't Zand een station werd aangelegd. Daardoor werd de Steenstraat (en ook wel de Zuidzandstraat) een belangrijke verbindingsweg tussen de Markt en 't Zand. Waar veel volk passeert komen winkels en de winkels zijn blijven komen, met het bekende gevolg.
Tussen de 15e en de 18e eeuw was dit vooral de straat van de grote ambachtshuizen. Daar zijn nog heel wat sporen van terug te vinden, zoals deze vergulde werktuigen op het voormalig ambachtshuis van de metselaars.


[Steenstraat 25]

donderdag 18 februari 2010

Gaper

De mooie gebeeldhouwde kop hieronder kan je vinden aan het begin van de Steenstraat. Het is een zogenaamde gaper of gapaert. Vroeger werden ze veelvuldig gebruikt als uithangbord voor apotheken.  Aan de pil op zijn tong kan je zien dat hier medicijnen verkocht werden. In Brugge zijn nog slechts twee gapers te zien. De andere hangt in het Museum voor Volkskunde.

[Steenstraat 5]

maandag 15 februari 2010

Regenpijp

Genoeg over leer en vis. We wenden onze steven naar de nabijgelegen Blinde Ezelbrug. In de middeleeuwen was dit één van de vier bruggen waarover je de grafelijke burcht (nu het Burgplein) kon bereiken. Voor de eigenaardige naam heb ik twee mogelijke verklaringen gevonden. Over de brug bevindt zich de Blinde Ezelstraat waar  in de 17e eeuw de herberg 'Den Blenden Ezel' was gevestigd. De tweede verklaring: in de directe omgeving bevond zich een huis met een molen die aangedreven werd door een ezel. Om zijn trieste lot, voortdurend rondjes draaien, te verhullen werd de ezel geblinddoekt, vandaar die naam.

Maar waar ik naartoe wil, volg enkele meters ten NO van de brug de regenpijp tot helemaal beneden en dan krijg je dit fraaie drakenkopje te zien...


[onderaan de Blinde Ezelbrug]

zaterdag 13 februari 2010

Vis

Later veranderde het Huidenvettersplein van functie en werd er vis verkocht. Vanaf dan stond het plein bekend als de Kleine Vismarkt. Er werd vooral goedkope riviervis verhandeld waardoor vooral  het 'gewone volk' hier zijn inkopen kwam doen. De beter begoeden kochten hun dure zeevis op de nabijgelegen Vismarkt.
Op de hoek van het Huidenvettersplein bevond zich de 'stadassyse', hier was het ontvangkantoor van de  accijnzen op het bier gevestigd. Tegen de gevel ervan bevindt zich deze gevelsteen:
   

[Huidenvettersplein 14]

vrijdag 12 februari 2010

De Hollandse Koe

Hiernaast het wapen van de huidenvetters. Dat leerlooien moet voor nogal wat reukhinder gezorgd hebben (vandaar dat de huidenvetters pal naast de visverkopers gevestigd waren!) en werd in de 15e eeuw uit het centrum verbannen. Het Ambachtshuis van de Gilde der Leerlooiers (uit 1630) bevindt zich nog steeds op het plein.



Naast het ambachtshuis van de huidenvetters bevond zich eertijds een herberg die 'De Hollandse Koe' zou geheten hebben. Onderstaande gevelsteen is daar nog een stille getuige van.


[Huidenvettersplein 12]

Huidenvetters

Laten we starten op het Huidenvettersplein. Het was op dit plein dat de huidenvetters (of leerlooiers) hun ambacht uitoefenden. Hier bevond zich ook hun ambachtshuis. Bemerk op de kaart (uit 1562, van Marcus Gerard) ook de schandpaal in het midden van het plein. De paal die er nu staat dateert uit 1925 maar wordt (voor zover ik weet) niet meer gebruikt om lieden die zich misdragen hebben te kijk te stellen.
Hieronder een huidenvetter aan het werk.


[Huidenvettersplein 12]